Deze kleine, handige versie van de zaklamp wordt ook wel “knijpkat” genoemd. Ze heeft immers een ingebouwde dynamo die wordt aangedreven door in het apparaat te knijpen. Het jankend geluid dat deze handeling veroorzaakt, doet volgens sommigen denken aan een geknepen kat. Wat ons meteen een verklaring geeft voor de ietwat vreemde naam.
Het gebruik van de knijpkat kwam op tijdens en na de Tweede Wereldoorlog toen er nauwelijks batterijen of lucifers te verkrijgen waren. Heel wat exemplaren werden toen trouwens gemaakt door politieke gevangenen in het zogeheten Philips Kommando in het concentratiekamp Vught bij ’s Hertogenbosch. Het exemplaar van het D&A-museum werd vervaardigd door de fabriek Lucifère, te Genève in Zwitserland, het huidige Parker. Vermoedelijk kwam de knijpkat de douaniers “te velde” regelmatig goed van pas tijdens de nachtelijke observatieopdrachten.
Ook vandaag is de moderne versie van de knijpkat terug populair. In tijden van energieschaarste is het namelijk de meest duurzame en milieuvriendelijke zaklamp.